Lijmen tegels
Wanneer je besloten hebt een muur of vloer van tegels te voorzien zijn er een aantal stappen die je moet nemen. Allereerst zul je een tegelsoort moeten uitkiezen, misschien wel de lastigste stap in het hele verhaal. Daarna kan het lijmen beginnen. Prima zelf te doen, zolang je een aantal essentiële dingen goed in de gaten houdt.
Begin met het schoonmaken van het oppervlak dat betegeld moet gaan worden, de vloer of muur. Zorg daarbij ook dat de ondergrond vlak is en, als je in de badkamer aan de gang gaat, is behandeld met een vochtisolerend middel. Andere zuigende ondergronden, zoals gipsblokken, dienen met voorstrijdmiddel te worden ingesmeerd. Dat zorgt ervoor dat de lijm straks beter hecht en niet direct wordt geabsorbeerd door de muur.
Stap twee is het ‘droog leggen’ van de tegels, zodat je zicht krijgt op het aantal tegels dat op één rij past en je kunt uitdenken welke verdeling je het mooist vind. Houd daarbij ook zeker rekening met de voegen. Er zijn speciale afstandhouders en voegkruisjes verkrijgbaar. Wanneer je van plan bent daarmee te werken is het belangrijk om die ook bij deze stap al te gebruiken. Anders kom je later bedrogen uit.
Als je precies weet hoe de tegels gelegd gaan worden kun je beginnen met het aanmaken van de tegellijm. Maak elke keer zoveel lijm aan als je in de gestelde periode (zie de verpakking) kunt verwerken en smeer de vloer of wand steeds per tegel in. Daarvoor moet je een lijmkam gebruiken. De specificaties van het gewenste type (grootte van en afstand tussen de tanden) zijn per tegelsoort verschillend en staan op de verpakking van de tegels afgedrukt.
Na het inlijmen van de vloer of wand kun je de tegels in de tegellijm drukken. Leg ze eerst voorzichtig neer en zorg dat ze perfect goed liggen (meet dat ook na met een waterpas), duw ze daarna aan en klop ze ten slotte vast met een rubberen hamer. Let er daarbij op dat de tegels niet ‘knarsen’, geen contact maken met de ondervloer. Overal moet lijm aanwezig zijn.