Houtdraaibank
Je altijd al afgevraagd hoe sommige stukken hout werden voorzien van gelijkmatige en evenwijdige groeven? Hoewel het handmatig ook kan (als je héél precies werkt) worden daar handige machines voorgebruikt. Deze machines, houtdraaibanken genaamd, laten het hout op hoge snelheid ronddraaien. Haaks op de draaias kun je er dan met verschillende beitels en frezen allerlei vormen in maken. Wanneer de houtdraaibank wordt stilgezet en het werkstuk eruit wordt gehaald zul je zien dat al deze bewerkingen als ringen in het hout zijn achtergebleven.
Enthousiast geworden? Dan volgt er een teleurstelling: met een beetje houtdraaibank vul je een flinke garage. Bovendien zijn deze machines haast niet te tillen (ze zijn gemaakt van gietijzer, maar daarover later meer) en pittig geprijsd. De mensen die zo’n apparaat gebruiken zijn dan ook stuk voor stuk professionals, houtbewerkers en meubelmakers, bijvoorbeeld.
De aandrijving van de houtdraaibank is mechanisch en loopt via een V-snaar, net als in een groot aantal auto’s. Gelukkig lusten deze machines geen benzine of diesel, al zijn maar enkele modellen geschikt voor 220V. Vaker wordt er 380 Volt (krachtstroom) gebruikt. Naast de aandrijving zorgt deze motor ervoor dat alle hulpsystemen werken. Denk daarbij het van stroom voorzien van besturingsmechanismen, het bewegen van de beitel, guts of frees en het regelen van het motortoerental. Hoewel (hout)draaibanken dus drastisch zijn gemoderniseerd is de uitvoering vaak nog redelijk ouderwets. In de meeste gevallen wordt er namelijk nog altijd gebruik gemaakt van gietijzer. Dat materiaal is ontzettend zwaar en heeft een goede demping. Handige eigenschappen wanneer je werkt met een natuurproduct als hout, dat nooit overal dezelfde dichtheid heeft. Door die verschillen ontstaat er een onbalans, die door het gietijzer kan worden gedempt.