Gipsplaten
Een van de meeste gebruikte materialen om gebouwen mee af te werken zijn de gipsplaten. Dit zijn platen vervaardigd van gips die in twee hoofdvormen verkrijgbaar zijn.
Allereerst kent men gipskartonplaten. Dit zijn gipsplaten die een kern van gips hebben en de zijkanten zijn voorzien van een laag karton. Het karton hecht aan het gips tijdens de uitharding van het materiaal. De gipsplaat krijgt door het karton extra stabiliteit en bovendien wordt de trekkracht beter opgevangen. Het grote voordeel van deze gipsplaten is dat ze gemakkelijk te verwerken zijn.
Nadeel van dit bouwmateriaal is echter de grote zuigende werking dat ervoor zorgt dat er meer verf dient te worden gebruikt en dat de platen er gevoelig zijn voor vocht. Door de platen echter met een wateremulsie of siliconenolie te behandelen kan de opname van vocht worden vertraagd.
Door het toevoegen van glasvezels verkrijgt men bovendien een hoge sterkte en/of brandwerendheid. In de gipsplaten komt chemische geboden kristalwater voor dat zal verdampen tijdens verhitting. Zolang als deze verdamping plaatsvindt wordt er energie aan het vuur onttrokken. Voegt men houtvezels aan de gipskartonplaten toe dan krijgen deze een hoge oppervlakte hardheid.
Verder zijn er nog gipsvezelplaten: platen bestaande uit gips en papiervezel die onder een hoge druk samen zijn geperst. In vergelijking met gipskartonplaten heeft deze plaat een harder oppervlak. Ze zijn daardoor stootvaster dan de gipskartonplaten. De hardheid werkt ook ten nadele van deze plaat omdat de verwerking ervan een lastiger wordt. Evenals de gipskartonplaten zijn ook gipsvezelplaten gevoelig voor vocht.